De mythe van de leerstijlen

De korte boodschap van dit artikel is: stop als trainer geen energie in het onderzoeken van- en aansluiten op de leerstijlen van jouw deelnemers. Ik laat je graag de redenen zien waarom je dat beter niet kunt doen. En omdat je weinig hebt aan een artikel dat alleen vertelt wat je niet moet doen, geef ik je ook enkele adviezen die wél werken.

Laat ik beginnen met een bekentenis. Ook ik heb tientallen trainers verteld dat ze aan moeten sluiten bij de leerstijl van hun deelnemers. Ik weet dus hoe vervelend het voelt als je iets als waarheid verkondigt, om er vervolgens achter te komen dat het weinig nut heeft. Het voelde voor mij heel ongemakkelijk. Ik voel dus met je mee als dat straks ook met jou gebeurt. Als je daarvoor open staat natuurlijk. In een discussie over leerstijlen zei een trainer tegen mij “Nou, dat is dan jouw mening!” Het is echter niet mijn bedoeling om een mening te verkondigen. Trainen is een vak. Ik wil een bijdrage leveren aan de kwaliteit van dat vak door te kijken naar wat bewezen effectief is.

Bewezen effectieve trainingsmethodes en bewezen ineffectieve mythes

Evidence Based Training MethodsEnkele maanden geleden las ik het boek Evidence Based Training Methods. Dit boek begint met het ontrafelen van vijf hardnekkige leermythes. Eén van die mythes is de mythe van de leerstijlen. Nu denk ik bij ‘leerstijlen’ meteen aan Kolb, maar er zijn nog andere modellen. Bijvoorbeeld van Neil Fleming: de auditieve, visuele en kinesthetische leerstijl. Het boek beschrijft enkele onderzoeken waaruit blijkt dat er geen enkel verband is tussen de inschatting van een deelnemer van de eigen leerstijl, de resultaten van een leerstijlentest en de uiteindelijke leerresultaten.

Ook Coffield e.a. zijn in een onderzoek uit 2004 kritisch over leerstijlen, onder andere over het gebruik van de leerstijlen van Kolb bij het opleiden van volwassenen.

De schrijver van het eerder genoemde boek komt dan ook tot de conclusie: Verspil geen tijd en geld aan leerstijlproducten, waaronder training in het gebruik van leerstijlen, leerstijlentests of boeken. Dat is een conclusie waar ik mij graag bij aansluit. Niet alleen omdat ze dit aantoont, maar ook omdat ik in de praktijk gemerkt heb dat het niet werkt. Daarover vertel ik je graag wat meer.

Waarom ik niet meer met de leerstijlen van Kolb werk

Ooit vertelde ik ook aan trainers dat ze moesten aansluiten bij de leerstijlen van hun deelnemers. Eerlijk gezegd heb ik daar nooit echt praktische adviezen bij kunnen geven. Het bleef een beetje abstract en onwerkbaar. Ik geloofde uiteindelijk niet meer wat ik zelf vertelde (en wat ik vroeger zomaar aangenomen had) omdat ik op grond van logica al steeds meer begon te twijfelen aan het nut van leerstijlen.

Aansluiten bij leerstijlen in een training is vrijwel onmogelijk. Je kent de leerstijlen van jouw deelnemers meestal niet. Je zou tijd en geld kunnen besteden aan een test (waarvan je inmiddels dus weet dat het niets oplevert) maar de uitkomst is op één punt voorspelbaar: Je zult ontdekken dat die twaalf mensen in jouw training verschillende leerstijlen hebben. Aangezien je in een training nu eenmaal met een groep werkt, kun je dus nooit afstemmen op ‘dé leerstijl’ van jouw deelnemers.

Leerstijlen zijn context- en doelafhankelijk. Je weet uit ervaring dat je in verschillende situaties en bij verschillende leerdoelen ook verschillende leerstijlen gebruikt. Het is niet voor de hand liggend dat je, om te leren fietsen, eerst een boek gaat lezen. En iemand die wil weten wat er in de grondwet staat, zal daarvoor meestal iets gaan lezen. Het doel dat je wilt bereiken, bepaalt dus in grote mate de manier van leren die je kiest. Als trainer kun je dus jouw tijd het beste besteden aan het vaststellen van een duidelijk doel, en vervolgens een leermethode kiezen die logisch naar dit doel leidt en aansluit bij de context van de deelnemers.

Aansluiten bij leerstijlen kan onwenselijke effecten hebben. Leerstijlen kunnen tot ongewenste etiketten leiden. Misschien heb je dat ook wel eens meegemaakt. Iemand roept: “Ik ben een doener, dus mij moet je geen theorie geven. Ik wil alleen maar oefeningen doen!” Mensen die een leerstijlentest hebben gedaan en de uitslag als etiket op zichzelf plakken, kunnen hun eigen leervermogen belemmeren. Juist de opeenvolging van leerfasen (niet te verwarren met leerstijlen) maakt een leerproces krachtig. Een denker leert dus meer wanneer je de denker stimuleert om die theorie te vertalen naar toepassingsmogelijkheden. Aansluiten bij leerstijlen door mensen alleen op hun favoriete manier te laten leren, levert een lager leerrendement op. De denker blijft dan alleen in de boeken hangen, en komt niet tot toepassing. En de doener zou op die manier nooit een boek open slaan.

Je bént geen leerstijl, maar hebt alleen een voorkeur. Bij het maken van een leerstijlentest krijg je meestal een score per leerstijl. De hoogste score is dan jouw voorkeursstijl, maar ook op de andere stijlen krijg je een score. Jij kunt dus ook op andere manieren leren. Gelukkig maar. Ideaal is een gelijke verdeling over iedere stijl, want dan ben je blijkbaar in staat om op allerlei manieren te leren. De uitkomst van een leerstijlentest, als zo’n test al betrouwbaar en valide zou zijn, zegt alleen iets over je voorkeur, maar niet over allerlei andere manieren waarop je ook in staat bent om te leren. Deelnemers kunnen dus op veel meer manieren leren dan hun eigen voorkeursstijl!

Dit waren voor mij redenen om al jaren geleden te stoppen met het gebruik van leerstijlentesten. Het was voor mij een verademing om op meerdere plekken te lezen dat je de leerstijlen van Kolb beter niet kunt gebruiken als trainer. Het bevestigde mijn gevoel dat je er eigenlijk weinig mee kunt.

Toch is het werk van Kolb bijzonder waardevol voor trainers. Dus laten we het kind niet weggooien met het badwater!

Wat kun je dan wél met Kolb?

Het is goed om je als trainer bewust te zijn van de verschillen tussen jou en je deelnemers, en de deelnemers onderling, en je ervan bewust te zijn dat je jouw trainingsdoelen op verschillende manieren kunt bereiken. Jij mag dan wel een boekenwurm zijn, dat betekent niet automatisch dat jouw deelnemers op dezelfde manier leren. Erkenning van diversiteit in leren is iets dat Kolb in ieder geval voor elkaar heeft gekregen.

Wat veel mensen niet weten is dat de leerstijlen gebaseerd zijn op leerfasen. De leerfasen zijn heel bruikbaar voor trainers! De leerfasen van Kolb zorgen ervoor dat theorie en praktijk met elkaar verbonden worden. En dat is essentieel! Een training waarin alleen theorie wordt aangeboden levert weinig op. Die integratie van theorie en praktijk heeft Kolb heel mooi zichtbaar gemaakt in zijn model. In al mijn trainingen maak ik daar gebruik van, want uiteindelijk wil ik dat mijn deelnemers ‘weten wat ze doen’ en ‘doen wat ze weten’. Ook in mijn model ‘De Trainingsachtbaan’ zie je deze integratie tussen theorie en praktijk terug.

Zo kun je in jouw training bijvoorbeeld starten met een ‘Concrete Ervaring’.  Bijvoorbeeld een oefening waarin de deelnemers tegen een probleem aanlopen. Volgens Kolb wordt zo’n ervaring idealiter gevolgd door ‘Reflectief Observeren’. Dat doe je door samen met de deelnemers terug te blikken op de ervaring en vast te stellen wat er mis ging en waardoor dat kwam.

Vervolgens komt de fase ‘Abstract Conceptualiseren’. In die fase trekken de deelnemers kun conclusies en bied je de theorie aan. Om vervolgens in de fase ‘Actief Experimenteren’ die theorie weer toe te passen in een praktische oefening.

Kennismakingsworkshop Trainingsachtbaan

In een kennismakingsworkshop leer je meer over het model De Trainingsachtbaan. Op die manier kun je ook kennismaken met de trainersopleiding die enkele keren per jaar gegeven wordt.

Test leerstijlen op verschillende manieren

Test leerstijlen op verschillende manieren

Belangrijk voor trainers: Er blijkt weinig bewijs te zijn dat er vastliggende leerstijlen bestaan en dat het gebruik hiervan door trainers betere leerresultaten in trainingen oplevert. Sommige wetenschappers noemen het bestaan van leerstijlen zelfs een mythe. Ik heb hierover een nieuw artikel geschreven dat je hier kunt vinden.

In dit artikel laat ik een aantal logsiche en wetenschappelijke argumenten zien waarom het gebruik van leerstijlentests niet alleen zinloos is, maar zelfs tot ongewenste effecten kan leiden. Ik heb daarom besloten de linkjes naar leerstijlentesten van deze pagina te verwijderen.

Leervoorkeuren van Manon Ruijters

Leerstijlen van Vermunt

En hoe je die kan beïnvloeden

De leerstijlen van Vermunt zijn gebaseerd op de motieven van cursisten om te leren. Op deze pagina vind je informatie over deze leerstijlen, en een link naar een leerstijlentest.

Belangrijk voor trainers: Er blijkt weinig bewijs te zijn dat leerstijlen bestaan en dat het gebruik hiervan door trainers echt betere leerresultaten in trainingen oplevert. Sommige wetenschappers noemen het bestaan van leerstijlen zelfs een mythe. Over die mythe van de leerstijlen heb ik een artikel geschreven dat je hier kunt vinden.

Opvattingen van studenten en het leergedrag

Jan Vermunt is hoogleraar ‘didactiek van het doceren en van het ‘opleiden van docenten’ aan de universiteit van Utrecht. Hij heeft onderzoek gedaan naar zowel de opvattingen van studenten over leren als hun concrete leergedrag.

Uit dit onderzoek bleek dat deze opvattingen en motieven aan de ene kant, en het concrete leergedrag aan de andere kant duidelijk met elkaar samenhangen

De Leerstijlen van Vermunt

Leerstijlen van VermuntDe volgende leerstijlen en hun motivatie worden door Vermunt onderkend:

Betekenisgerichte leerstijl

Motivatie: je bent intrinsiek gemotiveerd en hebt persoonlijke interesse in de leerstof. Je richt je op het begrijpen van de leerstof en het leggen van verbanden tussen onderdelen van de leerstof. Je wilt graag steeds meer leren.

Reproductiegerichte leerstijl

Motivatie: je leert voor een diploma. Alleen daarvoor ben je gemotiveerd, en niet voor de inhoud van de studie. Je richt je op het opnemen van kennis en het kunnen navertellen.

Toepassingsgerichte leerstijl

Motivatie: je leert om het geleerde later toe te kunnen passen, bijvoorbeeld in het beroep waarvoor je aan het leren bent. Je vertaalt leerstof steeds naar de praktijk en bent vooral gemotiveerd voor leerstof waar je iets mee kunt.

Ongerichte leerstijl

Motivatie: je leert zonder duidelijk doel. Wat je leert verwerk je niet. Als je leert doe je dat vooral omdat anderen dat van je verwachten. Je hebt niet echt een specifieke leermethode.

Ga naar de pagina ‘test leerstijlen‘ om de leerstijlen van Vermunt gratis te testen.

Vermunt versus Kolb

Vermunt heeft op basis van zijn onderzoek vier leerstijlen geformuleerd. Iedere leerstijl beschrijft met welke motieven een student leert, en hoe het leergedrag van de student eruit ziet.

Kolb doet geen uitspraken over de motieven van een cursist, terwijl Vermunt juist motieven en gedrag met elkaar verbindt.

Vermunt beschrijft geen stappen in een leercyclus, zoals Kolb doet met zijn leerfasen. De leerstijlen van Vermunt zijn op zichzelf staande stijlen, zonder onderling verband.

Beide theorieën doen geen uitspraken over de persoonlijkheid van de lerende. Vaak wordt verondersteld dat een leerstijl vastligt voor een student.

De invloed van een trainer op de leerstijl

Wanneer je beseft dat een leerstijl van Vermunt afhankelijk is van de motivatie van de student, dan is zo’n leerstijl ontwikkelbaar. Je bent geen leerstijl, maar je hebt een leerstijl.

De leerstijlen van Vermunt kunnen veranderen als de context waarin geleerd wordt verandert.

De leerstijl van een cursist dient richting te geven aan het gedrag van een trainer. De trainer kan cursisten motiveren door aan te sluiten bij hun eigen leermotieven en opdrachten geven die aansluiten bij de leerstijl van de cursisten.

Een trainer heeft echter ook invloed op de leerstijl van de student.

De docent heeft invloed op de ontwikkeling van een leerstijl. Zo kun je een belangrijke rol spelen in het motiveren van een student. Hierdoor kan een student die alleen maar ‘franse woordjes stampt voor de toets’ ontdekken welk nut deze woordjes kunnen hebben als zij deze zomer naar een Franse camping gaat.

In de woorden van Vermunt: de reproductiegerichte leerstijl verandert in een toepassingsgerichte leerstijl, mede dankzij het didactisch gedrag van de docent.

 

Wil jij jouw didactische vaardigheden ontwikkelen?

Doe dan de train-de-trainercursus van Bridge2learn.

 

Leerstijlen van Kolb

Wat kun je ermee als trainer?

De leerstijlen van Kolb worden vaak gepresenteerd als een manier om de leerstof aan te passen aan de leerstijlen van de cursisten. Maar is dat wel terecht?

Belangrijk voor trainers: Er blijkt weinig bewijs te zijn dat leerstijlen bestaan en dat het gebruik hiervan door trainers echt betere leerresultaten in trainingen oplevert. Sommige wetenschappers noemen het bestaan van leerstijlen zelfs een mythe. Ik heb hierover een nieuw artikel geschreven dat je hier kunt vinden.

De Leercyclus en leerstijlen

David A. Kolb beschrijft in 1976 zijn ideeën over leren in het artikel ‘Management and the learning Process’.

Hierin beschrijft hij als eerste de dimensies in een leerproces: actief experimenteren versus reflectief observeren, en concrete ervaring versus abstracte begripsvorming.

Kolb was van mening dat een leerproces uit verschillende stappen bestaat. Hij noemde die stappen leerfasen en alle stappen samen een leercyclus. Een ‘leerervaring’ kan op iedere plaats in de cyclus starten, waarna je vervolgens de andere fasen, met de klok mee, doorloopt.

Leerstijlen van Kolb

Hij ontdekte ook dat ieder mens zijn eigen voorkeur voor bepaalde leerfasen heeft: die voorkeur noemde hij de leerstijlen.

Die voorkeur wordt gevormd door een combinatie van twee leerfasen. Voor de dromer bijvoorbeeld zijn de concrete ervaring en de reflectie favoriet. Hij beheerst dat stukje van de cyclus het beste.

Het belang van praktijkervaringen

Waardevol aan de leerstijlen van Kolb is het belang dat hij hecht aan praktijkervaringen. Leren is meer dan het lezen van boeken en het luisteren naar een docent. Juist die integratie tussen theorie en praktijk maakt zijn model heel erg toepasbaar in trainingen.

Een trainer of docent die de leerfasen van Kolb gebruikt bij het ontwerpen van een training, ontwikkelt trainingen met meer afwisseling en meer effectiviteit. Daarom heb ik de leerfasen van Kolb ook verwerkt in mijn model De Trainingsachtbaan.

Kritiek op de leerstijlen

Er is veel wetenschappelijke kritiek op de leerstijlen van Kolb. Je zult mij daarom niet horen zeggen dat een trainer zijn trainingen moet afstemmen op de leerstijlen van de deelnemers. Ik heb hierover een nieuw artikel geschreven dat je hier kunt vinden. Mijn argumenten in het kort:

  • Leerstijlen zijn gebaseerd op leerfasen. Je moet de leerfasen dus vooral en allereerst goed kennen om de leerstijlen te begrijpen.
  • Leerstijlentesten blijken geen voorspellende waarde te hebben voor het leergedrag. Leergedrag is meer contextafhankelijk dan persoonsafhankelijk.
  • Leerstijlen(testen) leiden tot etikettering: ik ben een doener. (En tot passiviteit… en vanaf nu lees ik dus geen boeken meer…)
  • Je bent geen leerstijl, maar je hebt een voorkeur voor een bepaalde leerfase. Alle andere leerstijlen zijn ook in ieder mens aanwezig. In percentages uitgedrukt is onze voorkeursstijl maar 30 – 40% van de totale score. Een hogere score wordt al snel pathologisch.
  • Als trainer ken je meestal de leerstijlen van jouw deelnemers niet.
  • Als je ze al zou kennen, dan zou je ontdekken dat ze verschillend zijn. Het is dus onmogelijk en zelfs onwenselijk om een training af te stemmen op dé leerstijl van een trainingsgroep.